Het Panopticum

Toen Lou het leven moe was, legde hij de lus van een touw om zijn nek waarvan het andere eind aan de nok van zijn zolder was bevestigd, en schopte de stoel onder zijn voeten weg.
Lou brak zijn nek, maar voordat hij richting zijn onvermijdelijke einde ging, gebeurde het volgende: een rapport van Lou’s aanstaand overlijden werd bij de backoffice van Organisatie Leven & Tijd opgemaakt en verstuurd naar Sector Zeker Eind, Divisie Onnatuurlijke Dood. Normaal zou daar de zaak van Lou snel worden opgepakt, ware het niet dat de directie van Organisatie Leven & Tijd net had besloten alle nieuwe gevallen op te schorten tot er nieuw beleid was wat betreft zelfverkozen eindes. Het huidige beleid was namelijk te duur geworden. En daarmee bleef de zaak van Lou liggen.

Normaal gesproken zou Ody, hoofd van Divisie Onnatuurlijke Dood een rapport zoals dat over Lou doorsturen naar Sandra, leider van Subdivisie Straf & Discipline. Ook al was het werk minder geworden, Sandra had sinds het directiebesluit – of beter gezegd, het uitblijven ervan – nog genoeg te doen, en anders verzon ze wel wat om druk mee te zijn; daar was ze tenslotte subdivisiehoofd voor. Ondertussen genoot ze van lange koffiepauzes, die overgingen naar uitgebreide lunches, die tot na theetijd duurden waarna haar werkdag klaar was. Toch was ze tussendoor nuttig bezig geweest, want ze had een plan bedacht om haar subdivisie te redden. Wat eigenlijk betekende dat haar medewerkers de horlepiep konden krijgen, en zij een mooie nieuwe positie kon innemen.
Sandra was uitermate ingenomen met zichzelf, vooral omdat haar divisiemanager Ody haar plan had doorgestuurd naar Zeray, sectorhoofd Zeker Einde. Die was blijkbaar zo enthousiast dat ze er graag verder over wilde praten.
‘Het is fantastisch dat je zo goed inspeelt op de ontwikkelingen binnen de organisatie,’ prees Zeray haar. ‘Goed werk, hoor.’
‘Behalve dat het plan natuurlijk veel te ambitieus is en bovendien niet uitvoerbaar,’ klonk Ody. ‘Het is echt te idealistisch bedacht allemaal.’
‘Op sectorniveau verandert er helemaal niets,’ begon Sandra, klaar om haar plan te presenteren, maar Ody viel haar direct in de rede: ‘Er verandert niets? Je stelt voor dat wie de hand aan zichzelf slaat niet meer gestraft wordt! Als dat op aarde bekend wordt, kunnen we binnen de kortste keren een enorme aanwas van nieuwe gevallen verwachten. En wie gaat dat betalen?’
‘Daar heeft Ody een punt,’ zei Zeray. ‘Bovendien is het niet waar dat het op het niveau van onze sector blijft. Want meer aanwas bij ons betekent meer kans op mensen die het hoekje omgaan, nog voordat ze zich hebben voortgeplant. Sector Nieuwe Zielen gaat daar niet gelukkig mee zijn. Kortom, er moet nog het een en ander aan je plan geschaafd worden.’

Tot voor kort was het beleid van Organisatie Leven & Tijd: wie een eigen hand had in zijn dood, kwam in het Panopticum terecht. Ieder in een eigen cel. De zielen wisten niet wie hen zag, maar zij werden dag en nacht in de gaten gehouden en werden daar constant, vierentwintig uur per dag, aan herinnerd, tot ze door mochten naar het Hiernamaals. Dat was drie jaar, drie maanden, drie weken en drie dagen na de geplande overlijdensdatum. Niemand mocht ongestraft zijn lot ontlopen.
Subdivisie Straf & Discipline was verantwoordelijk voor de inhuur van het personeel in het Panopticum. Sandra wist ook wel dat de kosten de afgelopen jaren waren gestegen. Ook de laatste verbouwing van het Panopticum – er moesten meer cellen komen omdat het aantal gevallen was toegenomen – was te hoog uitgevallen, maar dat was niet Sandra’s schuld. Al verschilde ze daarin van mening met Ody.

‘Ik zie heus wel het grotere plaatje,’ zei Sandra. ‘Mij gaat het om de gedachte erachter: is straffen wel juist? Als het leven is gegeven, dan is het je eigendom en kun je ermee doen wat je wilt. Dus ook beëindigen. Straffen past dus helemaal niet. We zouden ons moeten afvragen: is dít de organisatie die we willen zijn? Pakweg vijftig jaar geleden was straffen nog logisch, maar tijden zijn veranderd.’
‘Ik hoor wat je zegt,’ knikte Zeray, geïrriteerd omdat Sandra haar plaats niet kende. Ze wist evenwel die irritatie te verbergen. Je bent sectorhoofd of niet.
‘Ik ben ervan overtuigd,’ vervolgde Sandra, ‘dat we tot betere resultaten komen als we ons ook richten op de vraag waaróm mensen een eind aan hun leven maken.’
‘Waarom, waaróm?’ zei Ody. ‘We hebben hier een bedrijf te runnen. Ik heb het eens uitgerekend; we kunnen het personeel in het Panopticum grotendeels vervangen door camera’s. En dan hebben we alleen nog laaggeschoold personeel nodig dat op de monitoren kijkt.’
‘Maar wat is dan nog de toegevoegde waarde van mijn subdivisie?’ vroeg Sandra ongerust. ‘Dat we mails doorsturen?’
‘Daar had ik nog niet aan gedacht,’ zei Ody verheugd, die natuurlijk wél had gedacht aan de Subdivisie Straf & Discipline. ‘Wat nu een hele subdivisie doet, kan straks worden gedaan door een enkele secretaresse. Denk je eens in, Zeray, wat voor bezuiniging dat oplevert.’
Sandra voelde zich hogelijk ongemakkelijk bij deze wending in het gesprek en probeerde wanhopig de discussie een andere kant op te duwen. ‘Ach kom, Ody. Straffen na zelfmoord is niet meer van deze tijd. Als het leven voor iemand zo zwaar is geworden dat de dood de enige oplossing is, dan moeten we na de dood diegene helpen. Hoe denk je dat al die zielen in het Hiernamaals terecht komen? Dat is vast geen pretje. Zeker niet voor de andere zielen die daar zitten.’
Ody schudde zijn hoofd en keek zijn subdivisieleider misprijzend aan. ‘En dus is de oplossing die mislukte zielen op te nemen in een soort tussenstation waar ze alsnog kunnen slagen?
Sandra knikte. ‘Precies, ze leren het leven respecteren.’
‘Hou toch op, Sandra, je ziet toch zelf ook wel dat dit bullshit is?’ klonk Ody weinig genuanceerd. ‘Daarbij, hoe wil je dit SMART maken?’
Zeray liet Sandra niet antwoorden. ‘Het leven is voor iedereen zwaar. Wie daar niet mee kan omgaan is zwak. Straffen is daarom de meest logische consequentie. Het maakt me eerlijk gezegd ook niet uit of dat ouderwets is, of niet. Belangrijker, wanneer weet je dat iemand afdoende is geholpen en dus door kan naar het Hiernamaals? In de huidige situatie weet je nog dat er een eind zit aan iemands verblijf in het Panopticum.’
‘Maar de zielen kunnen ook eerder vertrekken…’ wierp Sandra tegen, maar Zeray liet haar niet uitpraten. ‘Het is een mooi plan, maar zoals Ody al zei, het is domweg niet uitvoerbaar en bovendien te duur. Daarbij, hoe denk je aan filosofen en therapeuten te komen om de verloren zielen te helpen?’
‘Sommigen weten niet dat ze dood zijn, dat is nou juist…’ Opnieuw viel Zeray Sandra in de rede. ‘Je moet weten wanneer je moet opgeven, Sandra. We heffen Subdivisie Straf & Discipline op. Maar als dank voor je werk vinden we een passende nieuwe plek voor je.’

Nog voor het eind van de week had Sandra een nieuw kantoor gekregen in de kelder van het gebouw waarin ze dossiers van Onduidelijke Gevallen moest doornemen.
Ody was ondertussen niet zo tevreden met zijn nieuwe secretaresse, die zich ijverig op het werk had gestort en een lijst voor hem had gemaakt met alles wat op het moment fout ging in het Panopticum. Het betekende dat hij zich bijvoorbeeld nu moest bezighouden met een stel onverlaten die ontsnapt waren uit hun cel.
Omdat zijn gebruikelijke briljante invallen hem in de steek lieten besloot hij het rapport van Sandra er nog eens bij te nemen. Het was natuurlijk niet realistisch, maar het had een bepaalde je ne sais quoi. Het idee van straf en discipline verdween, maar ondertussen disciplineerden de verloren zielen elkaar. Als ze elkaar irriteerden, had je de straf er gratis bij. De filosofen en therapeuten leidden alles in goede banen en omdat die toch niet wisten dat ze dood waren, hoefden ze ook niet betaald te worden. Ody keek peinzend voor zich uit. De opheffing van het Panopticum betekende een enorme efficiëntieslag.

Emilie, nieuwe subdivisieleider van Zelfverkozen Eind keek naar de berg e-mails in de subdivisie-groepsinbox. ‘Ik ben het waard om me niet bezig te houden met de oude troep van anderen,’ zei ze hardop tegen zichzelf en herhaalde haar favoriete mantra: ‘Een frisse start kan elke dag.’
Select all… Delete.
Een melding verscheen in het scherm: ‘U staat op het punt 531.441 zielen naar het Hiernamaals te sturen. Wilt u doorgaan?’
Oei. Dit zou problemen kunnen opleveren met het hoger management. En dus klikte Emilie op ‘Nee’ en belde Peter van de Helpdesk: ‘Hai, hoe stuur ik zielen ook alweer terug naar het leven?’
‘Ik regel het. Standaardtermijn?’

Precies drie jaar, drie maanden, drie weken en drie dagen voor Lou het leven moe was, liep hij in een bouwmarkt. Opeens viel zijn oog op de katrollen met touwen. Verdomme, dit had ‘ie toch al eens eerder meegemaakt?